Peter De Ram is een veel gevraagde gids bij Regionaal Landschap West-Vlaamse Hart. Deze onderwijzer uit Aartrijke is niet voor één gat te vangen. Op zijn portfolio staan gidsbeurten met titels zoals ‘Vogelen in het dialect’, ‘Uit het goede hout gesneden’, ‘Geef acht!’, ‘Op de koffie bij meneer de baron’… Hij houdt van variëren en combineert natuur, cultuur, erfgoed, geschiedenis in zijn geleide wandelingen. Die kruidt hij met een vleugje humor, spreekwoorden, dialect, anekdotes… En dat weten de deelnemers duidelijk te appreciëren. “Soms vragen ze mijn visitekaartje om bij een volgende gidsbeurt opnieuw in te pikken”, zegt Peter.
Scroll naar onder
Handschoenen
Veiligheidsjas
Helm met gehoor-
bescherming en scherm
3
Zaag vervolgens de overgebleven stomp weg
Broed je op nieuwe thema’s en plaatsen voor de uitwerking van een nieuwe gidsbeurt?
Peter: “Ik zou me graag nog meer toeleggen op gidsbeurten waar natuur en geschiedenis in elkaar overvloeien. Tijdens een boswandeling aandacht schenken aan de fauna en flora, maar tezelfdertijd ook vertellen over de eigenaars, de gebruikers en geschiedenis van het bos. Per jaar kan ik een tweetal nieuwe rondleidingen uitwerken. Momenteel zitten enkele ideeën in de pijplijn waar ik nu nog niet over uitweiden kan, maar het Regionaal Landschap mag mij altijd opbellen met voorstellen.”
Hoe zorg je ervoor dat deelnemers geboeid blijven?
Peter: “Door veel gebruik te maken van anekdotes, illustraties, spreekwoorden, een woordje dialect, humor, relativeringsvermogen en afwisseling. Ik gooi ook graag eens een vraag voor de voeten en laat de deelnemers toe mij vragen te stellen. Ik probeer er wel voor te zorgen dat de ganse groep betrokken is en dat het niet uitmondt in discussies. We mogen het niet te zwaar maken, want de mensen volgen de geleide wandeling in hun vrije tijd.”
Wanneer is een gidsbeurt geslaagd?
Peter: “Als ik erin geslaagd ben om mijn kennis op een begrijpelijke manier gedeeld te hebben. Als de rondleiding in een aangename en familiaire sfeer verlopen is. Als de regen is uitgebleven. Na afloop spreken mensen mij soms aan. Ze vertellen me welke weetjes ze blijvend zullen onthouden. Ze vragen waar mijn volgende rondleiding plaatsvindt en checken hun agenda. En soms nodigen ze mij ook wel eens uit op een terras om nog wat na te praten. Dan weet ik dat het supergeslaagd is.”
Welke gidsbeurt draagt jouw voorkeur weg?
Peter: “Het tofst vind ik een gidsbeurt die natuur en cultuur combineert. Bijvoorbeeld, bij een gidsbeurt in de Vagevuurbossen in Ruiselede focus ik op natuur maar evenzeer op de rijke geschiedenis van het ‘rijksopvoedingsgesticht’. Vaak diep ik ook de kaarten van Ferraris op en zo keren we terug naar het landschap van eind 18eeeuw. Die combinatie maakt een rondleiding meer gevarieerd.”
Hoe bereid je je voor op een geleide wandeling?
Peter: “Ik lees me zoveel als mogelijk in over het onderwerp… boeken, documentatie, het internet…. Ik ga op zoek naar beeldmateriaal. Ik maak daar een samenvatting van en die vormt de basis voor mijn uitgeschreven gidsbeurt. Ik probeer ook telkens een ‘specialist’ ter zake te spreken en ga minstens 1 keer ter plaatse op verkenning. Een nieuwe gidsbeurt van 2 uur vraagt algauw een hele dag voorbereiding.”
Wat vind je leuk aan gidsen?
Peter: “Je komt in contact met collega-gidsen en heel veel verschillende mensen. Je leert van hen bij. Tijdens een rondleiding bouw je een band met de deelnemers op. Als mensen zeggen dat ze genoten en bijgeleerd hebben, dan geeft me dat energie. Door mijn gidsbeurten kom ik ook op plaatsen en evenementen waar ik anders geen toegang zou hebben. Ik hou er ook van kennis te vergaren en linken te leggen. Zo zag ik voorbije vakantie veel gelijkenissen tussen de gotische kerken van Reims en die van Brugge, waar ik stadsgids ben.”
Hoe word je het liefst aangesproken? Als streekgids, stadsgids, natuurgids …?
Peter: “Tout court ‘gids’ volstaat. Maar je mag me gerust omschrijven als cultuur- en natuurgids, want in al mijn gidsbeurten komen die thema’s aan bod.”
Welke opleidingen heb je gevolgd om een gidsenbadge te mogen opspelden?
Peter: “25 jaar geleden volgde ik de opleiding voor natuurgids bij CVN. Daarna volgden opleidingen voor stadsgids in Brugge en Torhout en voor gids in Vloethemveld, een voormalig krijgsgevangenenkamp dat geëvolueerd is tot een natuurreservaat. Met deze gidsendiploma’s op zak mag ik ook rondleidingen geven in het Romeins Archeologisch Museum in Oudenburg, in het kasteel van Loppem, in het Provinciaal Hof en in heel wat gemeenten in West-Vlaanderen.”
Waarom ben je gids geworden?
Peter: “Het ligt in het verlengde van mijn beroep als leerkracht om mensen te begeleiden en hen zaken bij te leren. Een schoolmeester legt het nu eenmaal graag uit, zie je. Ik ben sterk geïnteresseerd in geschiedenis en natuur. Ik lees en zoek er veel over op. En die opgedane kennis wil ik dan met anderen delen. Al lachend zeg ik vaak dat gidsen een ideale hobby is voor als je met pensioen bent: je blijft mobiel, je bent onder de mensen en je traint je geheugen. Ik heb mijn pensioen niet afgewacht alvorens mij erin te specialiseren.”
op de hoogte
Peter geeft al jaren les in de lagere school in Aarsele. Het zal je dus niet verwonderen als we je vertellen dat hij ook een rondleiding in deze Tieltse deelgemeente in zijn schuif heeft liggen. En jij kan daarbij aansluiten, want op zondagnamiddag 20 oktober neemt deze natuur- en cultuurgids je mee op een 2 uur durende wandeling (4 km) in het dorp. Onderweg kom je meer te weten over een vliegtuigramp, Pétain, de heren van Gruuthuse en nog tal van andere verhalen en tradities van Aarsele.
Afspraak om 14u aan de Sint-Martinuskerk, Aarsele-dorp 10 in Tielt.
op de hoogte
Peter geeft al jaren les in de lagere school in Aarsele. Het zal je dus niet verwonderen als we je vertellen dat hij ook een rondleiding in deze Tieltse deelgemeente in zijn schuif heeft liggen. En jij kan daarbij aansluiten, want op zondagnamiddag 20 oktober neemt deze natuur- en cultuurgids je mee op een 2 uur durende wandeling (4 km) in het dorp. Onderweg kom je meer te weten over een vliegtuigramp, Pétain, de heren van Gruuthuse en nog tal van andere verhalen en tradities van Aarsele.
Afspraak om 14u aan de Sint-Martinuskerk, Aarsele-dorp 10 in Tielt.
Broed je op nieuwe thema’s en plaatsen voor de uitwerking van een nieuwe gidsbeurt?
Peter: “Ik zou me graag nog meer toeleggen op gidsbeurten waar natuur en geschiedenis in elkaar overvloeien. Tijdens een boswandeling aandacht schenken aan de fauna en flora, maar tezelfdertijd ook vertellen over de eigenaars, de gebruikers en geschiedenis van het bos. Per jaar kan ik een tweetal nieuwe rondleidingen uitwerken. Momenteel zitten enkele ideeën in de pijplijn waar ik nu nog niet over uitweiden kan, maar het Regionaal Landschap mag mij altijd opbellen met voorstellen.”
Hoe zorg je ervoor dat deelnemers geboeid blijven?
Peter: “Door veel gebruik te maken van anekdotes, illustraties, spreekwoorden, een woordje dialect, humor, relativeringsvermogen en afwisseling. Ik gooi ook graag eens een vraag voor de voeten en laat de deelnemers toe mij vragen te stellen. Ik probeer er wel voor te zorgen dat de ganse groep betrokken is en dat het niet uitmondt in discussies. We mogen het niet te zwaar maken, want de mensen volgen de geleide wandeling in hun vrije tijd.”
Wanneer is een gidsbeurt geslaagd?
Peter: “Als ik erin geslaagd ben om mijn kennis op een begrijpelijke manier gedeeld te hebben. Als de rondleiding in een aangename en familiaire sfeer verlopen is. Als de regen is uitgebleven. Na afloop spreken mensen mij soms aan. Ze vertellen me welke weetjes ze blijvend zullen onthouden. Ze vragen waar mijn volgende rondleiding plaatsvindt en checken hun agenda. En soms nodigen ze mij ook wel eens uit op een terras om nog wat na te praten. Dan weet ik dat het supergeslaagd is.”
Welke gidsbeurt draagt jouw voorkeur weg?
Peter: “Het tofst vind ik een gidsbeurt die natuur en cultuur combineert. Bijvoorbeeld, bij een gidsbeurt in de Vagevuurbossen in Ruiselede focus ik op natuur maar evenzeer op de rijke geschiedenis van het ‘rijksopvoedingsgesticht’. Vaak diep ik ook de kaarten van Ferraris op en zo keren we terug naar het landschap van eind 18eeeuw. Die combinatie maakt een rondleiding meer gevarieerd.”
Hoe bereid je je voor op een geleide wandeling?
Peter: “Ik lees me zoveel als mogelijk in over het onderwerp… boeken, documentatie, het internet…. Ik ga op zoek naar beeldmateriaal. Ik maak daar een samenvatting van en die vormt de basis voor mijn uitgeschreven gidsbeurt. Ik probeer ook telkens een ‘specialist’ ter zake te spreken en ga minstens 1 keer ter plaatse op verkenning. Een nieuwe gidsbeurt van 2 uur vraagt algauw een hele dag voorbereiding.”
Wat vind je leuk aan gidsen?
Peter: “Je komt in contact met collega-gidsen en heel veel verschillende mensen. Je leert van hen bij. Tijdens een rondleiding bouw je een band met de deelnemers op. Als mensen zeggen dat ze genoten en bijgeleerd hebben, dan geeft me dat energie. Door mijn gidsbeurten kom ik ook op plaatsen en evenementen waar ik anders geen toegang zou hebben. Ik hou er ook van kennis te vergaren en linken te leggen. Zo zag ik voorbije vakantie veel gelijkenissen tussen de gotische kerken van Reims en die van Brugge, waar ik stadsgids ben.”
Hoe word je het liefst aangesproken? Als streekgids, stadsgids, natuurgids …?
Peter: “Tout court ‘gids’ volstaat. Maar je mag me gerust omschrijven als cultuur- en natuurgids, want in al mijn gidsbeurten komen die thema’s aan bod.”
Welke opleidingen heb je gevolgd om een gidsenbadge te mogen opspelden?
Peter: “25 jaar geleden volgde ik de opleiding voor natuurgids bij CVN. Daarna volgden opleidingen voor stadsgids in Brugge en Torhout en voor gids in Vloethemveld, een voormalig krijgsgevangenenkamp dat geëvolueerd is tot een natuurreservaat. Met deze gidsendiploma’s op zak mag ik ook rondleidingen geven in het Romeins Archeologisch Museum in Oudenburg, in het kasteel van Loppem, in het Provinciaal Hof en in heel wat gemeenten in West-Vlaanderen.”
Waarom ben je gids geworden?
Peter: “Het ligt in het verlengde van mijn beroep als leerkracht om mensen te begeleiden en hen zaken bij te leren. Een schoolmeester legt het nu eenmaal graag uit, zie je. Ik ben sterk geïnteresseerd in geschiedenis en natuur. Ik lees en zoek er veel over op. En die opgedane kennis wil ik dan met anderen delen. Al lachend zeg ik vaak dat gidsen een ideale hobby is voor als je met pensioen bent: je blijft mobiel, je bent onder de mensen en je traint je geheugen. Ik heb mijn pensioen niet afgewacht alvorens mij erin te specialiseren.”
Peter De Ram is een veel gevraagde gids bij Regionaal Landschap West-Vlaamse Hart. Deze onderwijzer uit Aartrijke is niet voor één gat te vangen. Op zijn portfolio staan gidsbeurten met titels zoals ‘Vogelen in het dialect’, ‘Uit het goede hout gesneden’, ‘Geef acht!’, ‘Op de koffie bij meneer de baron’… Hij houdt van variëren en combineert natuur, cultuur, erfgoed, geschiedenis in zijn geleide wandelingen. Die kruidt hij met een vleugje humor, spreekwoorden, dialect, anekdotes… En dat weten de deelnemers duidelijk te appreciëren. “Soms vragen ze mijn visitekaartje om bij een volgende gidsbeurt opnieuw in te pikken”, zegt Peter.
Het kruis van Cowan
1
Maak onderaan - op enige afstand van de basis van de tak - een snede tot ongeveer een kwart van de takdikte
3
Zaag vervolgens de overgebleven stomp weg
2
Maak daarna ongeveer vijf centimeter hoger een valsnede. De tak zal tussen de twee sneden breken
Veiligheidsjas
Veiligheidsschoenen
Handschoenen
Helm met gehoor-
bescherming en scherm