© Francis Pattyn

Scroll naar onder

In dit filmpje zie je
de ransuil aan het werk.

Statig, slim en een sublieme jager: we hebben het niet over onszelf, maar over een van de meest fascinerende dieren uit onze regio, de ransuil! Helaas gaat het met de soort niet zo goed. Doordat kleine landschapselementen verdwijnen, staat hun leefgebied onder druk en zijn prooien schaars. Naar schatting broeden er momenteel maar 10 tot 20 ransuilenkoppels in Zuid-West-Vlaanderen. Hoog tijd dus om deze majestueuze vogel in de kijker te zetten!

de ransuil

Toffe vogel

Wat kan ik doen om de ­ransuil te helpen?
Woon je landelijk en heb je een weide of stuk grond? Overweeg dan eens een landschapsplan. Door kleine landschapselementen in het landschap aan te brengen, profiteren de uilen mee. Ben je landbouwer? Dan kom je ook in aanmerking voor een landschapsplan! Bovendien kun je beheersovereenkomsten afsluiten, bijvoorbeeld voor de aanleg en het beheer van brede akkerranden.

Kenmerken
Schets even snel een uil. Grote kans dat je een exemplaar met oorpluimen tekent,
meteen het opvallendste kenmerk van de zittende ransuil. Hij gebruikt zijn subliem gehoor om prooien in het donker te lokaliseren. Ook zijn unieke oranje ogen met zwarte bollen komen ’s avonds van pas, om muisstil verrassingsaanvallen uit te voeren. In volle broedseizoen hoor je op de broedlocaties jonge ransuiltjes de hele nacht door om voedsel piepen.

Rust roest
Het late najaar is hét moment om ransuilen te spotten. Dan verzamelen ze op ‘roestplaatsen’: gezamenlijke slaapplaatsen om de winter door te brengen. Overdag knappen ze een uiltje, in de schemering gaan ze een voor een op jacht. Je treft ze quasi altijd in de buurt van open velden. 

Het zijn huurders: ze maken niet zelf een nest, maar kruipen in een oud ekster- of kraaiennest. Vaak blijven ze jarenlang in dezelfde omgeving wonen. Misschien zit er wel eentje in je tuin?  

Tussen Leie en Schelde vind je voorts nog de steenuil, kerkuil en bosuil. Met wat geluk zie je tijdens het trekseizoen ook wel eens een velduil passeren. De oehoe, de grootste uil van ons land, broedt net over de grens van ons werkingsgebied.  

Wat kan ik doen om de ­ransuil te helpen?
Woon je landelijk en heb je een weide of stuk grond? Overweeg dan eens een landschapsplan. Door kleine landschapselementen in het landschap aan te brengen, profiteren de uilen mee. Ben je landbouwer? Dan kom je ook in aanmerking voor een landschapsplan! Bovendien kun je beheersovereenkomsten afsluiten, bijvoorbeeld voor de aanleg en het beheer van brede akkerranden.

Kenmerken
Schets even snel een uil. Grote kans dat je een exemplaar met oorpluimen tekent,
meteen het opvallendste kenmerk van de zittende ransuil. Hij gebruikt zijn subliem gehoor om prooien in het donker te lokaliseren. Ook zijn unieke oranje ogen met zwarte bollen komen ’s avonds van pas, om muisstil verrassingsaanvallen uit te voeren. In volle broedseizoen hoor je op de broedlocaties jonge ransuiltjes de hele nacht door om voedsel piepen.

In dit filmpje zie je
de ransuil aan het werk.

Rust roest
Het late najaar is hét moment om ransuilen te spotten. Dan verzamelen ze op ‘roestplaatsen’: gezamenlijke slaapplaatsen om de winter door te brengen. Overdag knappen ze een uiltje, in de schemering gaan ze een voor een op jacht. Je treft ze quasi altijd in de buurt van open velden. 

Het zijn huurders: ze maken niet zelf een nest, maar kruipen in een oud ekster- of kraaiennest. Vaak blijven ze jarenlang in dezelfde omgeving wonen. Misschien zit er wel eentje in je tuin?  

Tussen Leie en Schelde vind je voorts nog de steenuil, kerkuil en bosuil. Met wat geluk zie je tijdens het trekseizoen ook wel eens een velduil passeren. De oehoe, de grootste uil van ons land, broedt net over de grens van ons werkingsgebied.  

Statig, slim en een sublieme jager: we hebben het niet over onszelf, maar over een van de meest fascinerende dieren uit onze regio, de ransuil! Helaas gaat het met de soort niet zo goed. Doordat kleine landschapselementen verdwijnen, staat hun leefgebied onder druk en zijn prooien schaars. Naar schatting broeden er momenteel maar
10 tot 20 rans-uilenkoppels in
Zuid-West-
Vlaanderen.
Hoog tijd dus
om deze
majestueuze
vogel in de
kijker te zetten!

© Francis Pattyn

de ransuil

Toffe vogel